Ze zeggen dat
tranen stromen
naar de zee
Zou het misschien zo zijn
dat sommige verdampen
in een dode rivierarm
en andere zich hechten
aan een eenzaam lichaam?
Ze zeggen dat
woorden verwaaien
in de wind
Zou het misschien zo zijn
dat sommige schuilen
in de holte van een boom
en andere wachten
tot iemand ze aanraakt?
Ze zeggen dat
kleuren verdwijnen
als het donker wordt
Zou het misschien zo zijn
dat sommige dwalen
in een verlaten doolhof
en andere zich vermengen
in een stralend hemelbed?
Ze zeggen dat
uren glippen
tussen vingers door
Zou het misschien zo zijn
dat sommige vluchten
voor het heden
en andere stilstaan
in een punt van de tijd?
Ze zeggen dat
vragen wachten
op een antwoord
Zou het misschien zo zijn
dat sommige oplossen
in flarden van mist
en andere eeuwig sluimeren
in het woud van onwetendheid?
@Nel Goudriaan 7 april 2018
koester me
streel me
in het morgenlicht
houd de gordijnen
nog heel even dicht
plak pleisters
op plekken van pijn
maar zwijg
over leven
dat doorgaat
en tijd
die alle wonden heelt
zit naast me
troost me
in de middagzon
schenk mij water
uit jouw bron
omarm me
in de avondkoelte
verwarm me
in de kilte van de nacht
maar zwijg
over morgen
en de nieuwe dag
zet stil de tijd
ik ben
een stipje
in de eeuwigheid
@Nel Goudriaan 07-03-2018
Sonnet
Je zwarte krullen zijn al zilvergrijs
en op je kruin verschijnen kale plekken
ook zie ik plooien, rimpels, bruine vlekken
op handen en gezicht, dat is de prijs
van noeste arbeid en van ouderdom
Je stramme spieren missen soepelheid
en tevergeefs jaag je naar ijdelheid
Ooit was je mijn volmaakte bruidegom
Maar in het kaarslicht blinkt je kunstgebit
je gele tanden zijn weer hagelwit
je tere huid is glanzend als fluweel
Jij bent die ene man van wie ik houd
mijn prins, mijn jonge god, al ben je oud
mijn lief die ik met trage vingers streel
@ Nel Goudriaan januari 2018
Opgebrand
Mijn voorouders ontstaan uit bijenwas
verlichtten lange kloostergangen
luisterden naar koorgezangen
van monniken in lange pij
wierpen hun licht op boek en ganzenveer
ter eer en glorie van de Heer
Zij stierven eenzaam in de kou
voor hen geen warme flakkeringen
er resten slechts herinneringen
Ik ben gegoten in paraffine
voorbestemd om anderen te dienen
zonder klagen, zonder vragen
Mijn lichaam ooit robuust en fier topfit
is nu verworden tot een krater zonder pit
mijn vet verbrand, mijn vuur gedoofd
voor mij geen huis waarin ik schuil
Men wierp me achteloos bij het vuil
Ik streek jouw plooien spiegelglad
je rimpelhuid liet ik weer stralen
door mij kon je weer ademhalen
mijn troost was teder als fluweel
ik stond je bij toen jij
voorgoed je ogen sloot
maar wie troost mij
de laatste uren voor mijn dood?
@ Nel Goudriaan
2 december 2017
Nachtlied
Niet meer schromen, geef je over
aan de tover van de nacht
Laat de dromen nu maar komen
Laat de waterbeken stromen
Vlij je in hun bedding zacht
Niet meer schromen, geef je over
aan de tomeloze nacht
Laat de paarden galopperen
Laat de zwaarden revancheren
al jouw angsten en hun macht
Niet meer schromen, geef je over
aan de stilte van de nacht
Laat het duister nu maar fluisteren
Je hoeft enkel maar te luisteren
naar het kloppen van je hart
Niet meer schromen, geef je over
aan de onschuld van de nacht
zonder zorgen, wees geborgen
er wacht weer een nieuwe morgen
vol van frisse levenskracht
@ Nel Goudriaan 30- 01-2018
Leeg huis
van buiten lijkt dit huis een mausoleum
binnen schuifelt een man
in een grijs pak
als een schaduw in het avondlicht
een muis komt plat tevoorschijn
uit mijn pyamabroek
gillend klim ik op een stoel
daar heb je op geslapen, lacht mijn broer
mijn vader fluistert over de man
die zich verhing in eigen huis
achter grijs beslagen ramen
een tafel met een bord
vol groene schimmel en een vissenkom
aan het plafond een lege haak
mijn moeder plukt overhangende
takken van paarse seringen
uitbundig bloeiend langs de vaart
achter het verlaten huis
vult lege vazen
ons huis geurt naar dood
sindsdien
sluipen muizen door mijn dromen
kruipen witte maden over grijze mannen
hangen pakken aan haken in plafonds
sluimert in mij een onbestemd verlangen
naar een seringenstruik in het paars
elk voorjaar weer
Nel Goudriaan 04-11-2017
Gedicht voor Poëzie Werkplaats
Thema: Griezelig en eng
Dit gedicht kreeg een plaats in de top 1000 van de Turing Gedichten Wedstrijd 2018
Hierbij het juryrapport:
Bedankt voor je inzending.Ik vind de gothische, spookachtige treurigheid van dit gedicht heel tof. Het begint al met die titel, die allerlei mogelijkheden opwekt over de inwoners die we later tegenkomen: als ze niet al daadwerkelijke spoken zijn zouden ze het net zo goed kunnen zijn. En dan al die schuifelende, grijze mensen die elkaar van een afstandje observeren en vooral hun routines lijken vol te houden, zonder te weten waarom. Het doet me denken aan van die plotloze Franse films over aristocraten die stug volhouden aan hun fazantenjacht terwijl er buiten een oorlog broeit.Wat ik tijdens het herlezen iets minder begin begon te waarderen is het vrij kale taalgebruik. Je zinnen zijn nu allemaal wat proza-achtig, wat goed werkt om de sfeer neer te zetten, maar ik denk dat juist bij zo'n gedicht je het je wel kunt veroorloven om wat grootser en uitbundiger te worden qua woordkeuze. In de laatste strofe doe je dat veel meer dan in die daarvoor; dat werkt heel goed voor mij. En daarnaast ben ik wel benieuwd naar een kleine hint van wat er buiten dat huis aan de hand is.Maar zoals gezegd heb je hier heel effectief een sfeer neergezet, en dat is een uitstekend begin voor een gedicht. Als je volgend jaar weer in wil sturen hoop ik je inzending te mogen lezen.
Je kunt stilstaan
in een weide met blauwe hemelbloemen
wachten totdat ze verwelken
wachten tot het hartzeer is geweken
je kunt blijven koesteren
oplossen in het niets
stilstaan is een soort van sterven
Je kunt doorgaan
wakker worden en naar buiten gaan
de scherpe kanten van de rots uitdagen
omhoog klauteren vallen en weer opstaan
Zien hoe die zachtgele vlinder fladdert in de zon
het geluk vangen met een camera
herinneren is een woonkamer
je kunt verdergaan
jezelf overwinnen en de top bereiken
zien hoe vlakken in velerlei kleuren
zich verbinden tot een schitterehd vergezicht
stoppen met vragen, de stilte laten ademen
luisteren, proeven en verwonderen
voortgaan is een vorm van leven
@Nel Goudriaan 12 mei 2018
(nieuwe versie van gedicht van juni 2017)