Ontmoeting

 

Het liefst neemt hij de trein direct na de spits, dan is de kans  om een bekende tegen te komen het kleinst.. In zijn aktetas stopt hij een paar opgevouwen katoenen tasjes. Helaas lukt het deze keer niet zijn gebruikelijke trein te nemen omdat er uitgerekend vandaag een haastklus op zijn werk is. Nee zeggen is voor hem geen optie, zelfs niet op zijn vrije dag.

De trein van 12.19 uur is precies op tijd. Gelukkig zitten er in zijn coupé geen mensen die hij kent. De stoelen naast en tegenover hem zijn leeg, Hij waagt het erop de folder uit zijn tas te halen en slaat direct de bladzijde op met de Barbie gekleed in regenboogkleuren en daarbij een koets met een witte eenhoorn. Vandaag komt ze eindelijk in zijn bezit.

 

Haastig stapt hij uit de trein en loopt de winkelstraat in. Al snel ziet hij het oranje logo van Blokker. Hij baant zich een weg langs het serviesgoed, het keukengerei en de schoonmaakartikelen en komt aan bij de speelgoedafdeling. Zijn hart slaat een slag over, als hij eindelijk de felbegeerde Barbie in zijn handen heeft. Wat is ze mooi, ze verdient een plaats naast Golden Dream Barbie met haar schitterende gouden jurk met de witte bontmantel. Hij streelt haar zachtjes en is zo in gedachten verzonken dat hij hevig schrikt van een bekende stem: ‘Zo, GertJan, wat doe jij hier?”

Het is de moeder van Eva, die hem aanspreekt. Zijn lichaam trilt, hij voelt hoe het bloed naar zijn hoofd stijgt. Hij heeft vast en zeker een knalrode kop. ‘Eh, ik zoek een cadeautje voor mijn nichtje dat binnenkort jarig is. Ga alsjeblieft weg, denkt hij. Je hoort er helemaal niet te zijn. Dit is mijn wereld, mijn geheim.

   ‘Wat moet ze nu met een Barbie? Je weet toch zeker wel dat zo’n wufte pop geen passend geschenk is? Je zou beter moeten weten.’

   ‘Ik heb er geen verstand van,’ stamelt hij. Het lijkt me leuk voor een meisje van negen.

   'Koop gewoon een goed boek in de Evangelische Boekwinkel. Dat is nog eens een waardevol cadeau.’

Als ze nu niet weggaat, sta ik niet meer voor mezelf in, denkt hij. Hij verheft zijn stem en zegt:    'Dat doe ik, prima idee. Ik ga meteen.’

 

Hij loopt zonder te groeten weg. Tranen wellen op, hij was zo dichtbij en nu zou hij toch zonder resultaat naar huis moeten. Teruggaan is geen optie. Stel dat hij weer een bekende tegenkomt. Als ze ooit achter zijn geheim komen, stort zijn wereld in. Het uitlachen zou nog het minste zijn, hij zal verstoten worden uit zijn functies in de kerk. Nog erger: zijn ouders zullen hem verachten en hem voor gek verklaren. Weer terug in de trein kiest hij een plek tussen volslagen onbekenden. Alles is beter dan de angst dat er iemand die hij kent naast hem komt zitten. Hij pakt een reep chocolade uit zijn tas en eet deze in zijn geheel op, maar de leegte blijft knagen.